25 oktober 2015
|
Door:
Tobi & Pim
Aantal keer bekeken
229
Aantal reacties
Darwin,
Australië
a
A
Australie - Laatste deel westkust tot aan Darwin
Heeey allemaal!
Een update vanuit het hete Australië, de temperatuur loopt hier in het noorden op tot richting de 40 graden! Elke dag mooi weer en meestal een strakblauwe heel, soms zelfs fijn als er een wolkje voor de zon verschijnt. Ook de nachten zijn behoorlijk warm, en we worden dan in de ochtend (6:00!!) ook wel degelijk onze tent uitgebrand.
Vanuit Tom Price het mijnwerkersstadje bij Karijini hebben we de eerste pools en gorges die het park rijk zijn bezocht. Op ongeveer 80km rijden lag de Hancock gorge, een gorge waar je door smalle doorgangen en water liep (zwom) om uiteindelijk uit te komen bij de Kermit pool. Deze gorge heeft zich gevormd door een stroom van water die al miljoenen jaren tussen de rotswanden een weg baant, dit was erg bijzonder om te zien. Het water was, zeker na een hele hete wanddeling, erg lekker fris en ook kraakhelder. Het heldere water lijkt na een tijd in Australië een gewoonte te worden, van de zee tot aan alle pools,,, alles is bijna kraakhelder. In de namiddag zijn we naar de Hamersly gorge geweest, geen enkele toerist te bekennen hier. Weer een hele andere soort gorge met een mooie zwem pool. Gelukkig wordt ons zwemmen hier nog niet gestoord door krokodillen. Het was zo mooi dat we in het een donker een weg terug moesten vinden naar Tom Price. Dat kan nog best lastig zijn op offroad wegen waar de kangoeroes klaar staan om voor de auto te springen. Eenmaal in Tom Price hebben we voor het eerste kennis gemaakt met de politie. Ineens een groot zwaailicht achter de auto, een iets wat te serieuze agent…. Maar gelukkig ging het alleen om een blaastest. De volgende dag zijn we naar Dales gorge gereden, daar hebben we de circular pool als eerste bezocht (zat helaas vol met Nederlandse jongeren…). Via een mooie wandeling door de gorge kwamen we uit bij de Fortescue fall, om uiteindelijk te eindigen bij de Fern pool. Deze laatste pool is van religieuze waarde voor de Aboriginals. Boven de pool hingen 100den vleermuizen (Flying Foxes) te slapen. De nacht hebben we doorgebracht de dales natuur camping. Tijdens het eten kwam er nog een Dingo op bezoek. In de ochtend waren we al vroeg bij om op de hardloopschoenen nog een keer te genieten van de Fern pools.
Na een goeie opfrisbeurt zijn we vertrokken richting 80 Miles Beach. Onderweg, nadat we de tank vol hebben gegooid bij een roadhouse, hebben we besloten om onze 4WD optimaal te benutten door een ‘binnendoortje’ te nemen via het heetste punt van Australië: Marble Bar! Het plaatsje Marble bar is met name een toevluchtsoord voor de mijnwerkers. Het eerste gedeelte van de weg was zelf verhard om de afvoer van het ijzererts met de geweldig grote roadtrains te bevroderen. Al snel nam de weg plaats voor een offroad weg door de binnenlanden van de westkust. Een prachtig gevoel om op die manier het land te verkennen. Onderweg zijn we afgeslagen naar de Glen Herring gorge, wat de sensatie van het offroad rijden versterkte. Het hobbelen op deze weg leek iets te veel te worden voor de apparatuur (een actiecamera en een powerpack), deze begaven het tijdens het opladen (tegenvaller!). Eenmaal aangekomen bij de gorge waren we iets voorzichtiger dan normaal, het feit dat je in deze afgelegen plek niemand tegenkomt geeft je het gevoel dat je op alles wat er om je heen gebeurd en beweegt (slangen, spinnen, dingo’s) moet letten. Ook het hebben van bereik met je mobiele telefoon is meer een uitzondering dan normaal. Je begint echt te beseffen dat je op jezelf bent aangewezen als er iets gebeurt. Natuurlijk rijden om de zoveel uur wel mensen langs de meeste plekken, maar als er echt iets is dan kan dat al te laat zijn. Een slangenbeet kan binnen een aantal uren fataal zijn en komt ook voor hier in Australië. Marble Bar zijn we snel gepasseerd, volgens mij hebben de echt plaats gemist.. of er was niet meer (misschien waren bevangen door de hitte ). Met de hitte op de warmste plek van Australië viel het mee, waren namelijk een paar wolken en een dreigende onweersbui in de verte. Op onze weg richting 80 Miles beach hebben we voor het eerst de nood jerrycan moeten gebruiken, bleek nog niet heel makkelijk te zijn om de tank te vullen zonder te knoeien. Toen het eenmaal donker werd hebben we de eerste gratis overnachtingsplaats genomen langs de Coastal highway.
In de ochtend zijn we doorgereden tot op 80 Miles beach, de naam zegt het al een eindeloos lang strand .. van 80 miles . Met je auto het strand oprijden net zo lang tot er niemand meer om je heen is, is toch een mooie ervaring! Lunch op het dak van de auto, proberen om te kijken of we haaien kunnen spotten. Zwemmen in de zee ging niet, teveel haaien, kwallen en zeeslangen. Op het strand zag je de sporen van grote schildpadden die in de nacht eieren leggen in de duinen. In de middag zijn we gereden tot aan Broome, spannende rit want we konden het net redden met de benzine die we nog hadden. De aankomst in Broome was … apart… Voor het eerst overal Aboriginals, rondhangend op straat. Ook was het apart om weer lichten langs de weg te zien en normale auto’s (geen jeeps). Ook was het iets drukker, niets vergeleken met in Nederland maar wel met de rest van de Westkust.
In Broome zijn we eerst even langs een toeristeninformatie geweest. We kwamen hier met name voor informatie over de Gibb river road. Dit is een 800km lange offroad weg, dat een must is voor de avontuurlijke reiziger. Voor deze trip worden twee reserve wielen, genoeg water en extra benzine tanks vereist. Daarnaast kun je ook aardig in de problemen komen als er iets met de auto gebeurd. Het kan zijn dat je auto opgehaald moet worden, of dat er een mechanic moet komen en dit kan flink in de kosten lopen. Daarnaast hoorden we van het toeristen centrum dat het einde van het seizoen nadert, dit betekent dat het natte seizoen begint waar bij het heel warm en vochtig kan worden. Om deze reden zijn ook al een aantal bezienswaardigheden langs de Gibb gesloten. Daarnaast keek ze naar onze wicked car en zei, daar kun je maar beter niet aan beginnen…
Met deze informatie waren wel aan een lunch toe. Hier hebben we onze opties bekeken en besloten om naar Cape Leveque te gaan de volgende dag, een mooi park boven Broome met schitterende stranden. Maar eerst even langs bij een krokodillen farm in Broome, voor het geval dat we geen krokodillen zien in het wild. Het was een mooi park waar ze de krokodillen voerden en we jawel een baby croc mochten vasthouden. Als die je zou bijten, voelt dat ongeveer hetzelfde als je vinger tussen de autodeur. Voor een zoutwaterkrokodil komt de kracht neer op een auto die van 10 meter op je neer komt. Je kunt er dus maar beter uit de buurt blijven. In de avond zijn we naar Cable Beach gegaan een van de mooiste stranden ter wereld (word gezegd) met een schitterende zonsondergang. Deze spot staat ook wel bekend om een kamelentocht bij zonsondergang. Bij dit strand is het ook mogelijk om er met je 4wd op te rijden, waardoor je optimaal op een strandstoeltje van de zonsondergang kunt genieten.
De weg naar Cape Leveque was ongeveer 200km over een zandpad. Niet geheel gevaar want er lagen genoeg auto’s over de kop gevlogen langs de weg. Paar dagen voordat kwamen wij kwamen had er ook een flinke bosbrand gewoed, grote delen waren dan ook zwart geblakerd. Laatste deel voor Cape Leveque moesten we een behoorlijk zanderig pad nemen. Als je stil kwam te staan zou je direct vastzitten. Cape Leveque was een prachtige plaats met rode rotsen direct aan het strand. Het was er heel rustig en een tijdens de wandeling om de punt hebben we bijna niemand gezien. De getijde, verschil tussen eb & vloed, kan tussen 12-18 meter zijn. We waren daar tijdens eb, hierdoor ontstonden mooie zandbanken vanaf waar je kon gaan zwemmen. Ook de zonsondergang was erg mooi vanaf onze slaapplek op de camping. In de avond hebben we een kampvuurtje gemaakt waarop we gekookt hebben. Helaas het vlees iets te lang erop laten liggen… onze steak was behoorlijk zwart.
Volgende was Derby, het begin van de Gibb River Road. Als eerst de Boab Prison tree bezocht. Een gigantische boom waar ze vroeger Aboriginals in gevangen hielden. In Derby gingen we nog maar een keer naar het toeristencentrum. We gingen er met goede hoop en wat optimisme heen, maar hier vroegens ze zich af waarom we naar het noorden willen. Toen vroegen we maar wat we in Derby konden doen. Het antwoord was vrij duidelijk, niks!! Vervolgens hebben we een camping gepakt in Derby. Wat opviel was dat het Aboriginal gehalt vrij hoog was. Op de camping hadden ze er zelfs last van, want de koelkast bij de keuken kon je alleen met een sleutel openen.
Vandaag rijden we vanuit Derby richting Tunnel Creek, dit is aan het begin van de Gibb river road. Vanuit daar kunnen we nog naar Winjana Gorge en naar Bell Gorge om vervolgens weer terug te gaan naar de highway om de Gibb river road te vermijden. Tunnel Creek is zoals de naam al zegt een beekje dat door een grot heen loopt. Voor deze tocht waren zaklampen en schoenen om mee door het water te lopen benodigd. Het is een mooie grot en het is gaaf om daar met z’n tweeën zonder gids doorheen te lopen. In het water zouden ook freshwater corcodiles zitten, maar die hadden we niet gezien. Misschien maar beter ook Vanuit daar gingen we naar Winjana Gorge, op deze plek zou je nog beter de freshwater crocodile kunnen spotten. In de avond gingen we dan ook maar snel een kijkje nemen. Ze lagen bij bosjes in het water. Bij sommige krokodillen konden we vrij dichtbij komen. ‘s avonds hadden we een camping bij Winjana Gorge.
‘s ochtends hebben we een wandeling door Winjana Gorge gedaan. Hete en droge wandeling waarbij niet heel veel meer te zien was dan de avond ervoor. Wel ontdekte we een soort ingang van een grot, waar nog een vleermuis tegen Tobi aanvloog. Eenmaal terug bij onze auto kwamen we een ranger van het Kimberly park tegen waarmee we het hebben gehad over de Gibb. Het plan was na Windjana terug te rijden naar de highway. Maar de ranger overtuigde ons ervan wanneer we rustig aan zouden doen en goed oplette het behoorlijk veilig was … en als er iets gebeurt “just take it easy”. Dit hadden we nodig om ons te laten overtuigen toch te doen. In het einde van de middag hadden we Bell gorge bereikt. Wederom prachtige gorge, helaas stroomde de waterval niet. Bij Bell gorge zat ook een campground waar de nacht hebben doorgebracht. Bij Bell gorge waren nog een aantal andere backpackers die de Gibb gingen rijden, zij hadden een auto gekocht.. met twee reserve wielen en een repaire kit en heel veel diesel.
Toen we de volgende ochtend op pad gingen kwamen de backpackers na 30 km al tegen, ze hadden een lekke band. We hebben de rest van de dag uiterst voorzichtig gereden, lekke band in het begin van de Gibb konden we niet gebruiken. In het midden van de Gibb zat een roadhouse waar je voor een aanzienlijk bedrag per liter kon tanken. We hebben de auto vol gegooid en zijn naar Manning gorge gereden. Dat was 20 km verderop. Dit was een van de mooiste gorges, na een wandeling van 45 minute kwamen we bij twee prachtige pools waar verder niemand was. Later kwam er nog een Australisch stel, het ‘Honeymoon’ stel (ze waren net getrouwd). We hebben deze avond nog een gratis campplek geprobeerd te zoeken maar dit is niet gelukt in het donker. Zijn dicht bij de Manning gorge gebleven. De volgende ochtend hebben we River Barnett Gorge bezocht, erg mooie uitzichten vanaf daar. De omgeving (Kimberly) heeft mooie rotsformaties, droge en veel rode grond. In het wet seizoen is het niet toegankelijk door alle riviertjes die door de Kimberly’s lopen.
Na deze gorge hebben we een 300 km gereden, de weg was behoorlijk ruig. Veel corrugation (ribbels) op de weg. Dit maakte het best een pittige tocht. Vaak kwamen we dezelfde mensen tegen, zo ook 80 km voor Home Valley. Daar stonden de backpackers die we hadden ontmoet bij Bell gorge met een kapotte auto. Een van de backpackers kon met het honeymoon stel mee rijden tot aan Homey Valley om daar een mechanic te halen. Wij zijn met de rest blijven kamperen langs de kant van de weg. Er was er eentje bij daar gooide je een muntje in en ratelde de hele avond door.. jeuj. Na de nacht overleefd te hebben kwamen we aan in Home Vally. Dit voelde aan als luxe, we hebben hier ons eerste KOUDE biertje gedronken in weken. Het was dan wel 10:00 in de ochtend maar hij smaakte perfect. Uurtje later kwamen de backpackers ook aan met de mechic, ze hadden geluk het viel mee wat er kapot was.
Het laatste stuk van de Gibb was misschien wel het meest ruige stuk. Hobbelend kwamen we aan in El Questro station. Nadat we een riviertje hebben gepasseerd (ging net met de inlaat van de auto) kwamen we aan op het campingterrein. Om gorges te bezoeken had je een hoge auto nodig met snorkel. Je moest een diepe rivier door. We mochten met het honeymoonstel mee, zij hadden een behoorlijke landcruiser. Hier hebben we de moonshine walk gedaan. Eenmaal terug bij de camping werden we uitgenodigd door de honeymooners om mee te eten, zo’n hete curry hadden we nog nooit gehad!
Tegenover El Questro lag de Emma gorge. Dit was tevens het eindpunt van de Gibb river road. We hebben het overleefd zonder lekke banden! Na een bezoek aan de gorge zijn we via Kunuarru naar Timber Creek gereden. Tijdens deze rit zijn we de grens over gestoken naar de Nothern Territory. De volgende dag via Katherina naar Kakadu gereden. De eerste nacht in dit park was op een gratis plek waar we helemaal alleen stonden in het woud. In Kakadu hebben we de Jim Jim Falls bezocht, waar nog een behoorlijke 4wd track aan vooraf ging. Helaas geen water van de falls maar wel een prachtige plek met steile rotswanden. Ook hebben we een river cruise gedaan op de Yellow river. Hier hebben we veel krokodillen en tientallen verschillende vogels gezien. Er leven ontelbaar veel verschillende soorten vogels, vissen, haaien, schildpadden, slangen en krokodillen in het park.
Daarna zijn we via de andere kant van kakadu naar Litchfield gereden. Onderweg zagen we veel bosbranden, dat deed ons gelijk denken aan de smog in Singapore. Litchfield is een park van de watervallen, palmbomen en de pools. In dit park hebben we de Florence Falls en de Buly Rock pool bezocht. Daarna zijn we via een offroad weg richting Darwin onze eindbestemming aan de westkust gereden.
We kwamen donderdagavond aan in darwin om een markt aan mindil beach te bezoeken. We kwamen met het doel om een keer kangoeroe vlees te eten, maar dit zat er niet in. Het werd een lekker broodje met warm vlees dat we op konden eten bij de zonsondergang. Ondertussen dachten we aan de trip die we beleeft hebben. De westkust zit er bijna op. Vanavond stappen in Darwin en morgenvroeg vliegen naar Sydney.
Nog even de cijfers op een rij van Perth tot aan Darwin:
- Gereden: 7.941,4 kilometer!
- Gemiddeld: 65 km/h
- Totaal gereden: 122 uur
- Brandstof: 802 liter, oef!
- Aantal keren getankt: ontelbaar
- Lekke banden: 0!!!
See you later alligator!
Tobi & Pim
24 oktober 2015